Er was eens een kopje zonder oor.
Het kopje stond samen met andere kopjes in de kast,
maar de andere kopjes wilden niet met hem spelen en sloten hem uit omdat hij anders en stuk was.
Op een dag ging de kast open,en werden ze allemaal uit de kast gehaald.
Toen het kopje zonder oor aan de beurt was,hielde de kopjesmaker hem eventjes vast en bekeek hem goed.
Nu was het kopje zonder oor bang omdat hij niet wist wat er ging gebeuren.
De kopjesmaker had dit door en stelden hem gerust met de woorden
wees niet bang ik ga je niks doen.
Dit stelden het kopje gerust.
Nadat de kopjes maker hem goed had bekeken,
zetten hij het kopje op de tafel en begon hij met alle andere kopjes terug in de kast te zetten.
Toen de kopjesmaker klaar was sloot hij de kast,
en nam hij het kopje zonder oor mee naar zijn werkplaats.
Toen ze samen de werkplek betraden,
zag het kopje zonder oor allemaal kopjes die stuk en anders waren.
Nu voelden het kopje zich thuis.
De kopjesmaker zetten het kopje op tafel,
nam een oor uit zijn bureau lijmden het oor aan het kopje
en zetten het kopje in zijn kast.
Al de anderen kopjes speelden met hem en sloten hem niet meer uit.
Nu was het kopje gelukkig
[[template:27]]
ben blij dat je het mooi vind