Vijf minuten te laat...
© Ineke Dijkhuis op .
Elke dag, als het weer het toelaat, zit een man op een krukje voor het warenhuis. Op de grond staat een open vioolkist. De man speelt prachtig viool, maar meestal droevige, weemoedige melodieën. De voorbijgangers blijven regelmatig staan om te luisteren en gooien daarna wat geld in de vioolkist.
Op een dag blijft een journalist staan luisteren. Hij heeft de violist al vaker gezien en gehoord.
Hij vraagt: ‘Zou u met mij een keer wat willen gaan drinken in dat cafeetje daar verderop? Ik ben erg benieuwd naar uw levensverhaal.’
De violist stemt toe. De volgende dag gaan ze samen wat drinken.
En dan vertelt de violist zijn verhaal. Vroeger wilde hij maar één ding en dat was vioolspelen. Hij wilde naar het conservatorium. Maar dat mocht niet van zijn ouders, er was geen droog brood te verdienen met vioolspelen, volgens hen. En er was ook geen geld voor zo’n dure studie. Uit koppigheid weigerde hij te leren en heeft hij zijn school niet afgemaakt.
Zodra het kon, was hij het huis uitgegaan en had van alles gedaan om in zijn levensonderhoud te voorzien.
In die tijd had hij nauwelijks tijd om viool te spelen. Dat miste hij steeds meer en meer en hij besloot om op straat te gaan spelen. Gelukkig vonden de mensen zijn vioolspel mooi en waren ze vaak gul.
Hij kon een goedkope kamer huren bij een vrouw, die veel van vioolspel hield. Door elke dag een uurtje voor haar te spelen, hoefde hij maar heel weinig huur te betalen.
‘Maar waarom speelt u altijd van die weemoedige muziek?’ vraagt de journalist.
Het blijft even stil.
Dan zegt de violist: ‘Op een dag ontmoette ik een meisje, Lara. Ze was hier op vakantie. Het was liefde op het eerste gezicht. Een maand heeft het geduurd, toen moest ze terug naar huis, naar Moskou. Ik zou naar de trein komen om afscheid te nemen. En dan wilde ik haar adres vragen, want dat wist ik nog niet.
De dag, dat de trein zou vertrekken, zal ik mijn leven lang niet meer vergeten.
Alles zat tegen en om een lang verhaal kort te maken, ik kwam vijf minuten te laat bij het station.
De trein was al vertrokken…
Ik vraag me al jaren af, hoe onze levens verlopen zouden zijn, als ik op tijd bij de trein geweest was. Daarna heb ik nooit meer iets van haar gehoord, hoewel ze mijn adres wel wist. Ze zal wel gedacht hebben, dat ik geen contact meer wilde. Dat het hier ophield. Maar ik ben haar nooit vergeten. Het was de mooiste maand van mijn leven.’
De journalist vraagt: ‘Weet u misschien waar ze werkte, wat ze deed?’
Nadat hij even nagedacht heeft, zegt de violist: ‘Ze had het wel eens over een kindertehuis.’
‘Wat is uw naam?’
‘Milo.’
‘Hoe lang is het geleden dat u Lara zag?’
’Bijna 30 jaar'.
Dan vertelt de journalist wat hij van plan is. Volgende week moet hij voor zijn werk naar Moskou. Als hij daar is, zal hij uit gaan zoeken in welk kindertehuis Lara 30 jaar geleden werkte. En proberen of hij achter haar adres kan komen. Stomverbaasd zegt Milo: ‘Zou u dat voor mij willen doen? Ik weet gewoon niet wat ik moet zeggen.'
‘Dat hoeft ook niet,’ zegt de journalist, ‘ ik doe het graag. Vergeet niet, dat er voor mij ook een pracht van een verhaal in zit. En nog wat, ik ga er ook voor zorgen, dat uw talent gehoord wordt.’
Sprakeloos kijkt Milo hem aan.
‘Tot over een paar weken,’ zegt de journalist.
Hij rekent af, zwaait even en verdwijnt.
Na een paar weken is de journalist terug. Ze gaan naar hetzelfde cafeetje en daar vertelt de journalist wat hij ontdekt heeft:
‘Na een lange zoektocht heb ik eindelijk de dochter van Lara gevonden en gesproken. Haar moeder is helaas 2 jaar geleden overleden. Maar de dochter wist van Milo. Ze vertelde, dat haar moeder vaak over die mooie maand met Milo gesproken had.
Ze was het nooit vergeten, zei haar dochter. Later is ze getrouwd, maar Milo heeft altijd een apart plekje in haar hart gehouden.’
‘Zei ze ook nog iets over hoe het eindigde, onze maand?’ vraagt Milo ademloos.
‘Ja, Lara had gewacht met in de trein te stappen, tot u zou komen. Maar toen u niet kwam, is ze ingestapt.
Heel verdrietig, omdat het voorbij was, maar ook dankbaar, dat ze zoiets moois mee had mogen maken. Ze begreep, dat het nooit iets zou kunnen worden, want jullie werelden lagen te ver uit elkaar.’
Milo zit doodstil, een traan loopt langzaam over zijn wang.
Na een poosje staat hij moeizaam op. En wil de journalist bedanken voor alles wat hij gedaan heeft.
Maar de journalist is nog niet klaar. Hij vertelt Milo dat hij contact heeft gezocht met het conservatorium en dat hij voor Milo een afspraak geregeld heeft.
Een paar jaar later is Milo een veelgevraagde violist. Hij treedt op in verschillende steden, waar hij juichende recensies krijgt. Hij componeert een prachtig muziekstuk dat hij ‘Voor Lara' noemt.
Ook in Moskou geeft hij concerten. En daar ontmoet hij de dochter van Lara. Ze lijkt op haar moeder, Milo kan zijn ontroering nauwelijks bedwingen.
Die avond speelt hij zo mooi en gevoelvol, zoals hij nog nooit gespeeld heeft. Zijn viool zingt een afscheidslied voor zijn grote liefde, Lara.
Het publiek luistert ademloos, alsof ze voelen, dat ze getuige zijn van iets heel bijzonders. Als de laatste tonen zijn weggestorven, volgt er een oorverdovende stilte. Dan barst een minutenlang daverend applaus los, gevolgd door een staande ovatie.
Maar de violist heeft het podium al verlaten…