De rook die soms uit de potkachel naar boven kringelde, is in de gebinten getrokken.
Het hem zo vertrouwde huis is doordesemd van alle geuren die het voortbracht en van de warmte en genegenheid die zijn grootmoeder uitstraalde. Een geborgenheid die zijn moeder hem niet kon geven.
Een laatste keer staat hij mijmerend bij het raam. Straks zal hij vertrekken, met de maretak die nu nog aan de zoldering hangt. Hij zal hem op haar graf leggen.
Categorie: PROZA |
Maretak
© Bob Faber op .
In zijn geboortehuis hangt nog de geur van kruiden, die grootmoeder in de schouw te drogen hing. Tijm, lavendel, rozemarijn uit eigen tuin.
97
😐 Alle publicaties bekijken?.