Langzaam bedekt een deken de waan van de dag.
Wanneer kleuren verdwijnen
En geluiden verstillen,
Klinkt de regen als hagel op een zinken dak
Een overvliegend vliegtuig laat onzichtbare sporen na in de lucht.
Als niemand ze zien, bestaan ze dan wel?
In de verte houden katten een concert op leven en dood.
Een hond reageert op eigen demonen.
De ketting van geblaf trekt sporen door de stad.
De snelweg ruist rustig door, alsof er niet geslapen dient te worden.
In de ochtend krabbelt de wereld weer op
Zij die gaan en zij die komen,
Ontmoeten elkaar met een handgebaar van herkenning.
Nieuwe ronde,
Nieuwe kansen op dezelfde fouten.
En de wereld, zij draait door.