Jouw woorden,
jouw denken,
jouw werkelijkheid.
Een illusoire wereld,
waarin ik woonde,
ademde, en bestond.
Een wereld waarin ‘ik’,
iedere dag,
een stukje ‘zijn’ verloor.
Elke stap richting jou,
was er één verder weg.
Weg van ‘mij’.
Jaren bleef ik zoeken,
registreerde alles,
maar zag niets.
Voelde alles,
maar gaf geen gehoor.
Doof, dover, doofst - verdoofd.
Nu open ik mijn ogen,
kijk recht in de bek
van wat ik nooit wilde zien.
Dankbaar voor helderheid, want
tranen en pijn plaveiden de weg.
De weg terug naar ‘mij’.