Je wilt het niet geloven
Mijn boodschap is ook naar!
Ik zing maar ik ben doof en
geen geluid neem ik nog waar.
De stilte om me heen
is oorverdovend klaar.
Maar ik voel me er alleen
en juist dat valt me zo zwaar
Waar is het ruisen van de beken?
Waar klinkt vrolijke muziek?
Waarom hoor ik taal noch teken?
Waaraan verdien ik die tragiek?
In stilte vind ik toch het licht
in dit klankarme bestaan.
Want bij het schrijven van dit dicht,
Komt het op stille klanken aan!