Deftig zit ze op een stoel geprikt
haar hakken keurig naast elkaar
hairspray fixeert prachtig het haar
geen liefde, maar in weelde verstrikt
Hier voelt zij zich echt nimmer thuis
weet dat het toch nooit anders wordt,
voelt zich eenzaam en ongehoord
als muis in een vreemd kattenhuis
Steeds vaker denkt ze; wat doe ik hier
waar hebzucht de overhand heeft
een ander level waar ik in leef
slechts leven met een geveinsd plezier
Maar nu ze terug naar vroeger wil gaan,
schudt ze uitbundig haar krullen los
en trekt gewoon d’r oude jeans weer aan.