Als bizarre insecten bevechten ze elkaar. In opgevangen en onverwerkt Engels schelden ze elkaar uit. Verwensingen stapelen zich op, blazen zich op als ballonnen. Hun haat wordt groter naarmate de vijand verder weg is, ongrijpbaar, doorzichtig, abstract. En hoe onzichtbaarder ze zelf zijn, des te meer neemt hun moed toe. Haten is heerlijk.