Verloren in de tijd liep ik door de buurt waar ik opgegroeid ben.
De plek waar we gewoon buiten konden spelen is nu een stenen wijk
Een verzameling huizen waar welgesteld gewoond wordt.
De armoede is er niet meer, het groen ook niet
De ontdekkingsreis, mijn zoektocht naar het leven begon hier.
Waar ik ooit een vlot bouwde, die natuurlijk zonk, met een vergrootglas papier verbrandde, een radslag maakte op het veldje is nu alleen maar steen.
Nu, 60 jaar later woon ik in de aangrenzende buurt. Een wijk die op de landelijke lijst van probleemgebieden zijn plaats verworven heeft.
Een achterstandswijk, waar vroeger door leegstand veel mensen van het kamp een huis kregen. Dan waren er nog de mensen uit Indonesië. Verbannen, geen Indonesiërs maar Indische mensen omdat ze een Europese voorouder hadden. Ze kregen een flatje.
Aangevuld met Amsterdammers, die geen nagel hadden om hun reet te krabben.
Een buurt waar de rest van de goegemeente met afgrijzen naar keek.
Daar stond mijn school. De vriendinnetjes uit deze buurt, kwamen bij mij, naar hun huis ging moeizaam.
Hier draait het om familieverbanden, werk, het aanzien van je huis.
Het oude buurthuis heeft zijn beste tijd gehad. De vele honden worden weer groter, de kinderen over-opgevoed.
Hier protesteer je niet tegen onleefbaarheid.
Als je de armoede overleefd hebt, de zakken gevuld na hard werken, dan ga je gewoon verder.
Het lijkt te gaan veranderen. De woningbouwvereniging verkocht een aantal huizen, er komen wat meer buitenstaanders in. Het park waar ooit de vuilnisbelt stond, nu een prachtige plek
Het is hier aangenaam wonen.