Het paasvuur
Het knisperen van het grind stopte plotseling, verloren stond ze voor me. Ik zag mijn vriendin veranderen in een oud vrouwtje, haar doodskist paste maar net door het huiskamer raam.
Mijn oudste stiefdochter ontspoorde volledig, door winkeldiefstal kwam ze met jeugdzorg in aanraking. Op een avond vond ik haar bang en angstig weggedoken achter de verwarmingsketel op zolder.
Ze begon te vertellen. Bij de Mexicaan in de Grutstraat had hij haar mojito’s gevoerd en meegenomen naar zijn huis. Hij had met zijn poten van haar af moeten blijven. Er knapte wat bij me, al mijn verdriet, woede en frustraties balden zich samen. In plaats van veiligheid te bieden, had hij zich aan haar vergrepen.
In zijn aardappelbrein zag ik een laatste vlammetje oplichten. De klap dreunde in mijn hele lichaam door, zijn schedel kraakte. Hij gorgelde en spuwde al zijn verpulverde tanden uit. Bloed druppelde van de honkbalknuppel op mijn schoenen. Nog een keer haalde ik vol uit. Sterf, vuile klootzak!.
Trede voor trede sleepte ik zijn lichaam de hooizolder op. Als een vogelverschrikker lag hij tussen de hooibalen. Uilenpoep droop langs zijn voorhoofd naar beneden, uit een van zijn neusgaten klonk het woeste gezoem van een strontvlieg.
De volgende dag was het paasvuur in Nieuw Wehl, achter de hooischuur kwam de brandstapel.Ik reed de tractor de oude koeienstal binnen en parkeerde de aanhanger net onder het luik van de hooizolder. Zijn lichaam maakte een boerend geluid toen het naar beneden plofte. De kar laadde ik verder vol met oma’s oude meubels.
Ik dacht zijn oogballen te horen knappen, terwijl ik nog een halve liter Grolsch aan mijn mond zette. De volgende dag liep Elza de Deense dog tussen de maisstompen met een geblakerd bot rond. Op mijn stiefdochters gezicht kwam de glimlach weer terug.
Hier je gedicht of verhaal toevoegen s.v.p.