Mijn nieuwsgierigheid was gewekt. De Atlas van het dialect in Vlaanderen, zo beweerde de advertentie, is een must voor alle dialect- en taalliefhebbers. Bij het afhaalpunt keek ik verwonderd naar de afmetingen van de kartonnen verpakking die mij werd overhandigd. Heb ik me bij de bestelling vergist? Dit was het formaat van een coffee table book, het boek voor de salontafel waarin je je gasten laat bladeren terwijl je het aperitief klaarmaakt. Ik moest denken aan de kitscherige plaatjesboeken van Helmut Newton die ik jaren geleden bij een kennis aantrof in het toilet. Puberale meisjes met een dromerige blik, in lingerie uitgedost en gefotografeerd in een wazig zwart-wit.
Het is gelukkig wel degelijk een boek over de Vlaamse dialecten, inderdaad met het formaat van een groot prentenboek. Aan prenten geen gebrek: de artikels zijn rijkelijk geïllustreerd met tekeningen waarin je hedendaagse Vlaamse publieke figuren herkent die een sappig woord van hun geboortestreek in de mond nemen. Oude spreekwoorden worden uitgebeeld in ouderwetse taferelen, uitgewerkt in de tekenstijl van meer dan honderd jaar terug. Inhoudelijk bezit het boek geen strakke structuur, zodat je het op een willekeurige pagina kunt openslaan, zoals een atlas. Het gaat met de ‘serieuze’ boeken momenteel zoals met het geloof. De vraag neemt af, dus wordt het product aantrekkelijker gemaakt voor het grote publiek om het beter te vermarkten. Mijn nieuwe aanwinst past in die categorie. Het zijn leuke weetjes voor de taalliefhebber, in prettig ogende en hapklare brokjes geserveerd, sashimi en sushi voor de gehaaste digitale schermlezer. Al kan je het boek ook gewoon van voren naar achteren lezen, wat ik als traditioneel ingestelde lezer heb gedaan.
Het bevat tal van woordenkaarten – geografische kaarten van het Vlaamse taalgebied, strekkend van Duinkerke tot Maaseik en van Breskens tot Sint-Truiden. Met een vergrootglas speurt de dialectoloog tot over de landsgrenzen naar woorden en uitdrukkingen om ze van de vergetelheid te redden. De Vlaamse dialecten boeren achteruit.
Op de ene kaart zie je hoe de Frans-Vlaamse kruidkoek in Limburg peperkoek wordt genoemd, en reis je van de Brugse zoetekoek naar de Gentse lekkerkoek, maak je kennis met de pomkoek van Brabant en vind je in de streek van Kortrijk het bizarre pennepisse dat oervlaams klinkt – met de vette West-Vlaamse ‘e’ – maar een verbastering is van het Franse pain d’épice. Op een andere woordenkaart zie je vlinders van naam veranderen; er zijn ook kaarten voor de boterbloemen, de kikkers, de speelkaarten, of het eetgerei. Elders gaan zuivere klinkers over in tweeklanken, speelt de wispelturige ‘r’ haasje-over met een klinker of valt hij gewoon weg. Heuse formules, mogelijk overgewaaid uit een scheikundeboek, verklaren hoe bepaalde lettercombinaties enkele kilometers verder van gedaante wisselen.
Een artikel dat in mijn hoofd blijft hangen gaat over het lieveheersbeestje en het paard. Het lieveheersbeestje mag zich verheugen over een indrukwekkend aantal dialectwoorden die op zijn naam staan. Het paard, dat is overal een paard. Soms uitgesproken als peerd, peird, pjèèd maar het blijft overal herkenbaar als hetzelfde woord. Het lieveheersbeestje heeft homoniemen die beginnen met pim of ping: pimpampoentje, pimpadonaatje, pimpajoentje, pimpapoeletje, pimpernel, pimpompolen om er maar enkele te noemen. Hier wordt duidelijk gespeeld met klanken, hier kun je haast de kinderen horen tijdens hun spelletje woorden uitvinden. Allemaal affectief geladen woorden om het schattige diertje met de zwarte stippels op de rode dekschilden een passende, liefkozende naam te geven.
Hoe komt het toch dat er voor het lieveheersbeestje zoveel woorden zijn en voor het paard maar één?
Eeuwenlang, lees ik, heeft het paard een belangrijke rol gespeeld in het menselijk bestaan. Er is dan altijd veel over gepraat, onder mensen uit verschillende regio’s. Iedereen had er baat bij dat er geen misverstanden konden ontstaan bij die gesprekken, die vaak ook commerciële transacties waren – denk aan de paardenmarkten. Eén en hetzelfde woord dus.
Bij het lieveheersbeestje is de maatschappelijke of economische waarde nihil Het diertje roept enkel positieve emoties op, in de eerste plaats bij kinderen. Verrukt voelen ze de korte pootjes in hun handpalm kietelen, zien ze de dekschilden openklappen, en terwijl het beestje opstijgt fantaseren ze erop los. Hun woordspelletjes staan niet ver af van poëzie. Bij het paard diende het utilitaire karakter te primeren en dus de uniformiteit. Hier geen plaats voor losgeslagen verbeelding. In het ene geval komt de taal plastisch, creatief en wonderlijk muzikaal voor de dag; in het andere geval kijkt ze streng toe dat aan een woord niet wordt getornd. In de taal huist zowel een dichter als een bureaucraat.
“Ik heb de hele zomer gezongen”, zei de hongerige krekel tegen de mier, die de hele zomer had gezwoegd als een paard. “U zong? Dat verheugt me. Wel, dans nu maar”, was het antwoord. Ik heb de fabel van Jean de la Fontaine altijd met gemengde gevoelens gelezen. Natuurlijk heb ik respect voor de harde werker. Respect is cerebraal, het appelleert aan het verstand. Begaafde dichters en zangers graven dieper. Ze spreken de emoties aan, ze gaan recht naar het hart. Het zijn de momenten van schoonheid die de medemensen ons schenken die beklijven.
Op een late namiddag eind oktober zaten ze met drommen op de witgekalkte muren van mijn terras, de pimpampoentjes, te baden in de zon. Het ongewone zicht zette me aan tot een zoektocht op internet. Het bleek om een exotische, Aziatische soort te gaan, indertijd met de beste bedoelingen ingevoerd om bladluizen te bestrijden. De hel is geplaveid met goede voornemens, zegt een Frans spreekwoord. Het is een invasieve soort, en ze kunnen bijten.
Als die exoten in onze contreien dominant worden, zullen de namen verdwijnen die ons nu als muziek in de oren klinken. Geen koosnaampjes voor bijtende kevers, ook al zien ze er mooi uit. Als er over honderd jaar nog Vlaamse dialectologen zijn, zullen ze die namen uit de vergetelheid opvissen en er een boek over schrijven voor de salontafel. Tenminste als boeken en salontafels over honderd jaar nog in de mode zijn.
Enthousiast over deze inzending?
Jouw commentaar toevoegen? Schrijvers stellen je tips en opmerkingen op prijs. Dat is mogelijk in de tekstbalk
Wees de eerste om commentaar te geven.
Meer publicaties lezen of zelf meedoen aan een schrijfactiviteit?
Klik op een van de mogelijkheden.
Klik op een titel om de inzending te lezen.
Eerst inloggen s.v.p.! Meedoen is alleen mogelijk voor leden. Nog geen lid? Je kunt je gratis registreren als lid.