‘Wat weet jij nou van gezelligheid. Een lekker boek lezen met de benen op tafel en een kop sterke koffie binnen handbereik; starend in het haardvuur luisteren naar Joan Armatrading en af en toe graaien in een kom met chips of popcorn, dat vind ik pas gezellig. Jij altijd met je gezeik dat je winkelen wilt, daar word ik depri van.’
Met een klap smijt ik de kamerdeur achter mij dicht. Ik leun tegen de muur om even tot rust te komen en roep: ‘Ik laat Lex even uit, hoor.’
Een kwartier later loop ik via de achterdeur het huis weer in. In de keuken staat Lotte: ‘Schrik niet, Fred is er’, fluistert zij. ‘Je weet wel, Freddie van de krakersbeweging, mijn oude vlam en partner in crime. Hij schijnt jou een paar maanden geleden gesproken te hebben.’
Fred was ik in het voorjaar tegengekomen toen ik op een terrasje zat. Gehurkt rustte hij uit tegen de gevel van een kledingzaak aan de overkant. Ik riep zijn naam en wenkte hem. Toen hij dichterbij kwam zag ik zijn versleten schoenen, zijn afgedragen broek en zijn wilde bos haar, en had ik spijt. Zo te zien was Bacchus zijn grootste vriend.
‘Ah, nu zie ik het. Kareltje de rijke stinkerd van de Statenlaan, is het niet?’ zei hij toen hij naast mij ging zitten. Hij stak van wal en vertelde mij zijn hele geschiedenis. Na een uur was ik eindelijk van hem af. Dat zijn woonhuis en winkel in tweedehands boeken in vlammen waren opgegaan, was mij als enige bijgebleven.
‘Hij wil in onze camper wonen. Van mij mag het’, zegt Lotte.
Mijn ogen schieten vuur: ‘Ben je gek geworden. Daar komt niets van in.’
Lotte schudt meewarig haar hoofd: ‘Karel, hem de camper weigeren, dat is toch asociaal? Hij gaat niet weg, wen er maar aan.’
Fred staat plots in de deuropening te zingen: this is the end, beautiful friend, this is the end, my only friend, the end.
‘Brutale hond. Op jou zit ik niet te wachten’, bijt ik hem toe terwijl ik kokend van woede mijn koffie pak en naar buiten storm.
Uren later loop ik de Statenlaan weer in. Gerard, de sleutelmaker, komt aangereden en stopt naast mij. Het raampje aan de bijrijderskant gaat open: ‘Hoi Karel. Lullig joh, zo’n inbraak. Ik heb de sloten vervangen. Je kunt weer rustig slapen.’
Enthousiast over deze inzending?
Jouw commentaar toevoegen? Schrijvers stellen je tips en opmerkingen op prijs. Dat is mogelijk in de tekstbalk
Wees de eerste om commentaar te geven.
Meer publicaties lezen of zelf meedoen aan een schrijfactiviteit?
Klik op een van de mogelijkheden.
Klik op een titel om de inzending te lezen.
Eerst inloggen s.v.p.! Meedoen is alleen mogelijk voor leden. Nog geen lid? Je kunt je gratis registreren als lid.