Skip to main content

Vooraf: Hoe begin je met schrijven?

hoebeginjemetschrijven

Je kunt natuurlijk gewoon beginnen met schrijven. Daar is niks mis mee. Maar het helpt ook als je vooraf eerst nadenkt over wat je wilt.
Hieronder een aantal praktische tips. Het kan ook helpen om eens een boek te lezen over het schrijven van een boek.

Plot  van je verhaal

Bedenk eerst een verhaal in grote lijnen. Dat noem je het plot.

In welke tijd speelt het zich af en op welke plaats.

In welke tijdspanne zal het verhaal zich afspelen; dat kan zijn van enkele uren tot over meerdere generaties.

Bedenk dan wat voor soort verhaal het zal worden; een thriller, een roman, een historische roman of een misschien een kinderboek. In dat laatste geval moet je bedenken voor welke leeftijd het verhaal geschikt is.

Verdieping in je schrijfwerk

 Zorg dat je al het nodige gelezen hebt van ervaren schrijvers in het genre wat je voor ogen hebt. Niet om te kopiëren maar om ideeën op te doen, stijlen te onderkennen, etc.

Denk vervolgens na over de doelgroep waarvoor je het verhaal schrijft. Dat is belangrijk omdat je je schrijfstijl daarop moet aanpassen.

Dan komt het belangrijkste: je moet gaan nadenken over de personages die in je verhaal meespelen. En wie zijn hoofd- en wie bijfiguren. Hoe zien ze eruit, hoe heten ze, hoe oud zijn ze, wat voor types zijn het. Je moet er net zolang over nadenken tot ze in je hoofd gaan leven als echte mensen. Een karakter of persoon in een boek begint pas te leven als je veel over iemand weet . Maak het jezelf niet te makkelijk en verdiep je echt in de karakters. Laat ze tot leven komen. Maak daarom een lijstje met belangrijke eigenschappen, uiterlijk, kledingsstijl, muziek voorkeur, hobby's, opleiding, werk, leeftijd, woning, sterke punten, zwakke plekken. Om een personage interessant te maken, kun je hem invloeden meegeven. Hierdoor reageert hij in bepaalde situaties altijd op eenzelfde manier. Komt iemand uit een links, sociaal en rechtvaardig gezin? De flower-power periode? Werd hij/zij vroeger gepest.

Geef iemand niet direct een naam. Vaak ken je iemand met zo'n naam en ga je zijn/haar eigenschappen op dat karakter projecteren, terwijl die karaktereigenschappen misschien niet overeenkomen met wat je had bedacht . Beter is om achteraf de naam bij het karakter te verzinnen.

Bedenk dus hoe je karakter reageert als hij het moeilijk heeft. Wat doet je personage dan?

En zoals ieder mens een doel heeft, kun je je karakter ook een levensdoel meegeven. Wat doet je personage het allerliefste en wat doet het eraan om dit te bereiken?

Of waar is je karakter bang voor en het liefst ontwijken. Wat doet je karakter om dit te ontwijken?

Als er in je verhaal een begrafenis, bruiloft, ongeluk, ramp, noodweer of stroomstoring plaats vindt, is het makkelijk als je zelf een keer zoiets hebt meegemaakt. Maar als je een verhaal schrijft over een wereldstad zoals NewYork of een eiland en je weet niet hoe het eruit ziet of hoe straten heten, zul je wellicht wat onderzoek moeten doen. Ook als je in je verhaal specialistische situaties of aandoeningen beschrijft zul je wel wat kennis van zaken moeten hebben. Wat is autisme? Wat is boulimia? wat is een ziekte zoals kanker of aids? Hoe werkt een spaceshuttle? Hoe snel kan een sportwagen? Hoeveel kg kan een helikopter dragen? Als je je op onbekend terrein bevindt, kun je in bibliotheken en op het internet enorm veel informatie vinden!

Wat is hun probleem? Zonder probleem, geen verhaal.

Hoe wordt het probleem opgelost?

Wat voor gevolg heeft dat voor de (hoofd) personen. Dat noem je de karakter ontwikkeling van de personages.

Structuur in het schrijven

Nu kun je een structuur gaan maken. Pak bijvoorbeeld een groot vel papier en schrijf daarop wat er in hoofdstuk 1 zal gaan gebeuren en wat er in het laatste hoofdstuk gebeurt. Je kunt net zo veel hoofdstukken maken als je zelf wilt. Stel je neemt er vijftien. Zet dan bij elk hoofdstuk in een paar woorden wat er zal gebeuren. Waarschijnlijk houd je je er niet aan, maar het is goed om als structuur bij de hand te hebben.

Het eerste hoofdstuk is het belangrijkste. De lezer moet meteen gegrepen worden en weten waar het verhaal over gaat en waar het zich afspeelt. Hij moet weten wat de belangrijkste personages zijn en zich van hen een voorstelling kunnen maken. Het is een kunst om een personage in een paar woorden te schetsen. Verderop in het verhaal kun je meer vertellen over de personages aan de hand van de gebeurtenissen die je laat afspelen.

Zorg voor een goede afwisseling tussen dialoog ( dat is als je mensen laat spreken) en beschrijving.

Het belangrijkste van een verhaal is het begin en het eind en de manier waarop je het verhaal daartussen in vertelt. Het leukste is het als het eind verrassend is.

Het kan de moeite waard zijn om eens met anderen te praten over je verhaal. Niet om te horen of ze het goed of fout vinden maar om juist andere ideeën en inzichten op te doen over het onderwerp. Materiaal voor het schrijven van het verhaal!

Het echte schrijven

Maak een planning bij het schrijven van een boek:

  1. Zet voor jezelf een doel. Zeg tegen jezelf dat je op een bepaalde datum een boek klaar wilt hebben.
  2. Probeer dagelijks of wekelijks een vast aantal woorden te schrijven
  3. Zet subdoelen op zoals: over 2 weken wil ik het idee voor m'n boek klaar hebben
  4. In week 3 wil ik alle personages/karakters neerzetten.
  5. Als je schrijft, zorg dat je de komende hoofdstukken in grove lijnen al in je hoofd hebt.
  6. Zorg dat iemand je verhaal tussentijds kan lezen. Als hij/zij nieuwsgierig wordt naar de rest, motiveert dat tevens om verder te schrijven.

En dan gewoon beginnen. Belangrijk is het om echt de tijd te nemen. Zorg dat je echt zelf midden in het boek zit. Dat het verhaal al helemaal in je hoofd zit en dat je niet kunt wachten om de letters weg te typen.