De oude vijand is teruggekeerd. Niet dat hij ooit ver weg was. In feite is de vijand onzijdig, maar ik zie 'het' in mijn gedachten voor mij als een hem. En nu is 'het' dus een hij.
Het verpersoonlijken van mijn vijand, maakt het voor mij tastbaar en beter te bestrijden. En aangezien het mijn vijand is, ben ik van mening dat ik de aangewezen persoon ook ben om hem te identificeren en te benoemen. Zijn naam is Depressie. Hij is sinds een paar jaar een ongewenste metgezel, die zich zo nu en dan slapend houdt, ergens achter in mijn hoofd, om dan ineens weer terug te keren op de voorgrond. Soms loopt hij voor mij uit. Zijn kleding is zwart. Het haar onverzorgd. Maar als hij zijn gezicht aan mij toont, is het pas echt mis.
Het gezicht is leeg. Er zijn geen ogen, mond of neus. Ik zie alleen een gapend, donker gat met tanden.
Het maakt me angstig, bang dat ik in dat gat val, en God beware mij, stel je voor dat ik erin zou springen.
Het is nooit duidelijk waarom Depressie opeens opduikt. Hij beslist en waarschuwt nimmer van te voren. Hij en ik zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden. Hij ziet wat ik niet zie. En als hij voor mij uitloopt, voel ik wat hij voelt, datgene wat ik eigenlijk al voelde, zonder me ervan bewust te zijn.
Er is een pil. Ze heeft een naam. Fluvoxamine, maar die is zo lang.
Ze heet Antidepressivum en ze kent mijn vijand, Depressie, ook al. Ze heeft hem gezocht en gevonden. En daarna werd ze hem de baas.
Daarom liep hij een tijd lang weer in de pas, zonder dat ik zijn enge gezicht kon zien.
De laatste tijd leek Fluvoxamine wat moe, en dus toonde Depressie opeens weer zijn tanden.
'Weet je nog wie je bent of wat je voelt?
Want als jij het niet meer weet loop ik wel weer voorop,' sprak hij.
En dus liep hij zomaar opeens weer voor me uit.
Hij had gelijk.
Want hij had mij al gezien, lang voordat ik dat zelf deed.
Tevreden over dit artikel? Wil je dit artikel delen voor meer lezers?