
De Zwarte Madame verheft zich trots in al haar pronte naaktheid, ze staat daar, stevig, met gespreide benen, als ode aan de Schelde.
De kunstenaar heeft haar met veel liefde geschapen, haar vormen gestreeld tot de volmaakte vrouwelijkheid die hij voor ogen had.
En achter haar rimpelt de Schelde zich als vloeibare zijde tussen haar oevers.
De ondergaande zon spiegelt zich een laatste keer in het donkere water alvorens weg te zinken in de armen van de nacht.
De stilte is totaal en helend en enkel maar onderbroken door het gekrijs van de meeuwen die, alvorens hun slaapplek op te zoeken nog hopen op een onvoorzichtig visje.
Een lenteavond in Corona tijden.
Ik sta daar en kom tot rust...
Beeldhouwer: Irénée Duriez