Een limerick is een dichtvorm van 5 regels met een vrij strak metrum: twee regels met drie amfibrachen (∪—∪ ∪—∪ ∪—∪), twee regels met een amfibrachys en een jambe (∪—∪ ∪—) en afgesloten door weer een regel met drie amfibrachen. Het rijmschema is aabba.
In de eerste regel wordt (meestal) een persoon of dier geïntroduceerd met een plaatsnaam. Voorts heeft een limerick vaak humoristische of dubbelzinnige inhoud. De laatste regel is de clou.