‘Oh godver! Jeetje sorry, mijn koffie. Dat is niet handig,’ zegt Rutte als hij zijn koffie omgooit tijdens het coronadebat. Hij probeert lachend, tevergeefs de troep op te ruimen.
Directeur Kees van Dijk van de Bond tegen het Vloeken vindt schelden in de Kamer ongepast. Ja, schelden is lelijk, net als de hele tijd vloeken. Maar vloeken hoeft geen schelden te zijn, meneer Van Dijk. Je kunt het wel combineren, zoals destijds die andere vrije jongen uit Den Haag: Tedje van Es, van De Tegenpartij: ‘Godverdegodver, krijg nou de vinkentering.’ Maar Rutte schold niet. Dat is de eerste verwarrende fout die Van Dijk maakt. De tweede is: ‘Het derde gebod geeft aan dat we de naam van God niet mogen bespotten of op een andere manier misbruiken,’ aldus Van Dijk van de Bond met een christelijke achtergrond – dat vermoeden had ik al. Hij refereert aan een tweedelig boek dat door mensen is geschreven en waarin een clou niet is te vinden. Je moet er maar in geloven. Of niet natuurlijk, want iedereen kan zijn eigen god verzinnen. Misschien bedoelde Rutte wel met ‘godver’ een heel andere god. Een beetje ijdel om aan te nemen dat het nu juist die van jezelf is. En de naam van jouw god mag je toch niet ijdel gebruiken, meneer Van Dijk?
Er zijn ergere dingen, meneer Van Dijk. Een Kamerlid dat een collega-Kamerlid met een tribunaal dreigt bijvoorbeeld. En nóg erger: de man die ik gisteravond radeloos op een ic zag liggen. Hij moest afscheid nemen van zijn familie omdat hij kunstmatig in slaap werd gebracht, niet wetende of hij nog wakker zou worden. Waarom? Vanwege een of ander virus waar ook zijn onbarmhartige god niets aan doet – als hij tenminste in een god gelooft. Zij familie is radeloos en zoekt naar een clou en hoopt op en bidt misschien voor een goed plot.
Voor een goed plot zorgde demissionair minister Van Engelshoven onlangs. Zij bood haar excuses aan. Aan wie nu weer? Aan mensen die van de ‘m’ in hun paspoort een ‘v’ wilden laten maken en andersom (of helemaal niets) een aantal jaren geleden, maar daar volgens een verouderde, strenge wet eerst een operatie voor moesten ondergaan. Belachelijk, alsof ze in Oost-Duitsland woonden. En dat om een letter in een paspoort. Als schadevergoeding krijgen ze vijfduizend euro.
Dus ga ik naar het stadsdeelkantoor, waar ze mijn verzoek toen hebben afgewezen. Eerst weten ze geen raad met me, gekleed in een jurk en met een baard – sommigen winnen het Songfestival ermee. Of ik inmiddels geopereerd ben, wordt er gevraagd. ‘Dat mag u niet vragen,’ zeg ik. ‘Ik kom mijn vijfduizend euro halen.’ Maar dat gaat zomaar niet. Ik moet toch mijn broek laten zakken. Ontdaan van alles gooi ik mijn koffie om: ‘Godver.’ Maar gescholden heb ik niet.