Eenzaam op de besneeuwde heuvel, stond een jongen zonder vrienden. Dus raapte hij sneeuw en takken en een wortel als neus. De sneeuwman kwam tot leven en een vriendschap was geboren. Tikkertje en verstoppertje, ze deden alles samen. Totdat de zomer kwam en de sneeuw werd weggebrand. Behalve één sneeuwman, zorgvuldig ingesmeerd met zonnebrand.