“He meissie, hoe gaat het? wat heb je een mooie blouse
aan.”
“Snik”
“Wat is er?”
“Mijn man noemde mij altijd meissie.”
“Snik”
“Waarom ga jij huilen?”
“Ja ik ben gevoelig weet je, ik voel je pijn echt.”
“Ik ben hier niet van gediend dekselse kwajongen, blijf met je rouwranden van mijn pijn af.”
Ondanks zijn brute gedrag mist ze hem. In de spiegel en ziet Jo de bijna verdwenen blauwe plekken. Treurige ogen kijken haar aan. Als ze later in de kamer zit hoort ze gemorrel van een sleutel .De...