'Boerderijen zijn geen dierenasiels.'
'Ze verdienen een lief baasje.'
'Ik vind vast genoeg liefhebbers.' Hij pakt een jute aardappelzak. 'Hup naar boven. Huiswerk!'
Bij de slootkant stopt hij stenen in de zak. De kittens krijsen tot de zak verdwijnt. Hij draait zich om.
Achter het raam ziet hij het verwrongen gezicht van zijn dochter.